Over mij

Hadi hija hayat, ofwel: Zo is het leven. Voor ons, mijn echtgenoot en mijzelf, speelt dat leven zich af in El Jadida, Marokko, waar we sinds november 2012 wonen. In grote lijnen houden we ons bezig met dezelfde dingen als vóór ons vertrek uit Nederland: werk, vrienden, uitstapjes, boodschappen en sporten in de vrije tijd. Bijzonder zijn de tripjes die we in Marokko kunnen maken en het vrijwilligerswerk, om als gids buitenlanders en Marokkanen rond te leiden langs het architectonisch erfgoed in Casablanca en El Jadida. Maar vaak zit het bijzondere juist in het gewone en alledaagse van leven hier en zijn het juist deze momenten die het bijzonder maken. Een aantal wil ik graag met anderen delen door middel van dit blog. klik vooral onderaan op 'oudere berichten' voor meer posts!

zondag 4 december 2016

Op de lunch bij Jacques Brel

Als werk en activiteiten het toelaten, trekken we er in het weekend op uit. Enkele weken geleden was Mohammedia ons doel. Dit stadje, gelegen op 30 km ten noorden van Casablanca heette tot 1960 Fedala. Vanaf dat jaar draagt het de naam van Mohammed V, grootvader van de huidige koning, als dank voor de bewezen diensten tijdens de onafhankelijkheidsstrijd. Het is er schoon (!) en rustig. We bezoeken de kasbah, waar in de 16e eeuw de Portugezen een magazijn zouden hebben gebouwd, en wandelen door villawijken met brede groene lanen. Eén van die villa's is Sphinx, een villa die gelukkig behouden bleef voor de slopershamer. Na een restauratie (5 jaar, 20 miljoen dh=1,8 miljoen euro??!) wordt het pand geëxploiteerd als hotel-restaurant. Het is een modernistisch voorbeeld van strakke jaren '50 architectuur, ontworpen door architect Albert Planque als 'maison clos ' en werd een van de meest prestigieuze bordelen van Noord Afrika. In de naoorlogse jaren '50 en '60, als het leven in Marokko goed is, vindt de Franse en Marokkaanse elite haar weg naar de 'meisjes van Madame Andrée'. Simone de Beauvoir en Maria Callas drinken er een glaasje. Jacques Brel mag als enige gast langere tijd verblijven en heeft zijn eigen appartement dat we mogen bezoeken. We zien zijn eetkamer en salon, compleet ingericht met jaren '50 meubels. We worden rondgeleid door het hotel en zien de gerenoveerde luxe-suites, de kamers en de dubbele trappartij en deuren: één voor inkomende gasten, de andere voor de gasten die het pand verlaten!   Als we weer buiten staan zien we het bord van de nachtclub naast het hotel: Jef, naar het lied dat Brel schreef om zijn vriend te overreden naar Madame Andrée en 'les filles' te gaan;  'il parait qu'il y en a de nouvelles'. De enige 'filles' die wij zagen waren de aangeklede paspoppen in de hal, als verwijzing naar het maison clos. Van Madame Andrée geen spoor, behalve dan haar naam op de menukaart van het restaurant dat naar haar is genoemd!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten